Veerkrachtig onkruid, veerkrachtige bindsla en vrijwilligers

Hoe ziet een werkochtend bij de Bontekoe eruit? In het begin was het vooral grond klaar maken, dat wil zeggen, bewerken met de hak, de schoffel en de hark, woelen, bodemverbeteraar strooien, poten of zaaien. Vanaf mei is de hoofdmoot van het werk oogsten en wieden. Soms meer wieden dan oogsten.

Melde: de hardnekkigste
Wieden, ik schreef er eerder al over. Je moet het niet zien als een strijd, want dan verlies je geheid, en dat is slecht voor je humeur. Het onkruid – dus de plantaardige organismen die we niet willen hebben- is enorm veerkrachtig. Een van de meest hardnekkige is melde. Je denkt het uitgetrokken te hebben, maar de week daarna is het er weer net zo hard.

Andere soorten: varkensgras, knopkruid, kruiskruid, heermoes. Interessante plantjes, maar nee, wij willen ze niet tussen onze prei, onze bietjes en onze sla. Maar ik weet zeker dat ze er volgende week weer staan. De natuur is veerkrachtig, zeker als er voldoende water en zon over wordt uitgestort.

Tollende venkel
Minder veerkrachtig blijken dan soms juist de plantjes die we wél willen hebben. Aan het begin van het voorjaar was dat de venkel. Die ging ‘tollen’, op zijn dunne stengeltje heen en weer bewegen in de wind, net zo lang totdat het steeltje brak.

Meer aarde rond de plantjes, een soort heuveltje maken en aandrukken bleek de oplossing. We konden vandaag zo’n 80 mooie venkelknollen oogsten en naar de Voedselbank brengen, samen met de paarse en groene pluksla. Dat is weer genieten voor de
klanten!

Scheefgewaaide mais
Hoewel de van oorsprong Amerikaanse mais toch al aardig is ingeburgerd in Europa (hij werd al in de 17 de eeuw geïmporteerd en verbouwd), toch bleek hij niet op te kunnen tegen de harde Hollandse wind die de afgelopen week waaide met zuidwest 5. Ook al zijn de plantjes al aardig gegroeid – een paar centimeters dik en zeker 30 – 40 cm hoog – toch troffen we vanochtend scheefgewaaide mais aan. Dat leverde een nieuw klusje op: mais rechtzetten. Hopelijk helpt het.

Bindsla maakt ‘knollen’
Wel veerkrachtig bleek dan weer de bindsla, die we eigenlijk al hadden geoogst. De achtergebleven afgesneden wortelresten liepen weer uit en lagen kriskras over de bedden. Jelger beschreef ze als ‘knollen’, harde resten die niet vergingen en de bedden dus onbruikbaar maakten. Echte kroppen worden het niet meer, dus veerkrachtig of niet, ze mochten naar de composthoop.

Veerkrachtige werkers
En tot slot vinden wij, de werkers in het Groentepark Bontekoe, onszelf best veerkrachtig: we werken in de regen, de zon en de wind, we wieden, sjouwen, hakken, sproeien, zeven compost, leggen straatjes, leren van alles over het verbouwen en oogsten van groenten, de relatie met de buurt en de Voedselbank, en hebben bovenal veel plezier.